Search

Taal is onmisbaar in de geestelijke gezondheidszorg. Het vormt de basis van de therapeutische relatie, is de sleutel tot begrip en de motor van verandering. In de psychotherapie is taal ons belangrijkste gereedschap waarmee we belemmeringen helpen doorbreken.

Patiënten delen hun klachten en zorgen via taal, maar vaak is het lastig om innerlijke ervaringen in taal om te zetten. De behandelaar beschrijft de symptomen en stoornissen in de vaktaal. Met woorden adviseren, instrueren en ondersteunen we en gaan op zoek naar het verhaal van de patiënt.

Kortom: zonder taal is er geen geestelijke gezondheid(szorg).

Tijdens het symposium op 9 mei, nam een groep inspirerende deskundigen ons mee in de veelzijdigheid van taal. Het ging o.a. over de rol van taal in de diagnostiek, over verschillende taalniveaus, taalontwikkeling bij kinderen, de psychologie van taal en taalgebruik bij verschillende psychische stoornissen en bij verschillende therapievormen.
Door de opnamen van deze presentaties maakt u kennis met vergeten vaktermen, leert u hoe taal subtiele nuances onthult in het verhaal van de patiënt en hoe u met taal uw therapeutische vaardigheden kunt aanscherpen. Laat u inspireren en ontdek de kracht van taal in uw dagelijkse praktijk!

Klik op de presentatietitel voor meer informatie

09:00 – 09:30 uur

Ontvangst en registratie

09:30 – 09:40 uur

Taal anno nu – prof.dr. Michiel Hengeveld en dr. Janna de Boer (dagvoorzitters)
Taal is één van de fundamenten van de geestelijke gezondheidszorg. Diagnostiek en behandeling draaien om woorden; woorden die kunnen verbinden, maar ook vervreemden. Taal is daarbij een onmisbare bron van informatie om te begrijpen wat de patiënt ervaart. Of, zoals Michiel Hengeveld in Psychiatertaal schreef: “Aan de taal kunnen wij stoornissen in de vorm van het denken beoordelen.” Maar taal speelt ook een grote rol bij het opbouwen van de therapeutische relatie, de wijze waarop zorgverleners adviseren en instrueren, en waarmee psychotherapeuten patiënten proberen te helpen en hun naasten te informeren en betrekken.

Tegelijkertijd verandert taal continu, niet alleen in de GGz zelf, ook in de samenleving verschuift het taalgebruik. Steeds meer groeit het besef dat taal niet alleen beschrijft, maar ook beïnvloedt. Woorden bepalen hoe patiënten zichzelf zien en hoe professionals hen benaderen. Hoe we taal kiezen en gebruiken in de GGz is dus geen bijzaak, maar een essentieel onderdeel van zorg – én van maatschappelijke verandering.

09:40 – 10:25 uur

Taal: wat het is en hoe we het doen – prof. dr. Frank Wijnen
Een introductie in de psycholinguïstiek; de psycholinguïstiek bestudeert het (menselijk) taalgedrag en maakt daarbij gebruik van concepten en methoden uit de taalkunde, de cognitieve psychologie en de neurowetenschappen. In deze presentatie worden een aantal kernbegrippen uit het vakgebied belicht en een beknopt overzicht gegeven van recente inzichten in de mentale mechanismen die het produceren en begrijpen van taal mogelijk maken. Ook komen voorbeelden aan bod hoe deze inzichten kunnen bijdragen aan een beter begrip van taal- en spraakstoornissen.

10:25 – 10:30 uur

Intermezzo*

10:30 – 10:45 uur

Taalkenmerken meetbaar maken: computationele spraak en taalanalyses in de psychiatrie – dr. Janna de Boer
Verschillende automatische analyses van gesproken taal kunnen een hulpmiddel zijn om psychoses te herkennen en om verschillende psychotische symptomen te herkennen. De Boer ontwikkelde een technische applicatie waarmee betrouwbaar geanalyseerd kan worden of iemand een psychose heeft of niet gebaseerd op zijn spraak. Hierbij maakte ze gebruik van de laatste ontwikkelingen in machine learning en natural language processing (NLP), zoals modellen als ChatGPT. In de toekomst kunnen deze analyses mogelijk gebruikt worden om een terugval in psychose eerder op te sporen, zodat je een psychose al kunt zien aankomen voordat mensen er ernstig ziek van worden.

10:45 – 11:15 uur

Koffiepauze

11:15 – 11:55 uur

Taalontwikkeling in uiteenlopende situaties – dr. Tessel Boerma
Met aandacht uit hun omgeving en voldoende taalaanbod pikken opgroeiende kinderen hun moedertaal of -talen ogenschijnlijk snel en zonder moeite op. Er zijn echter vele uiteenlopende situaties die dit bemoeilijken. Kinderen kunnen een ontwikkelingsstoornis hebben die het leren van taal (primair of secundair) verstoort, of het taalaanbod dat een kind krijgt kan onvoldoende zijn waardoor een kind een taalachterstand oploopt. Het is van belang om dit te weten, omdat een minder goede taalvaardigheid samenhangt met minder kansen in het leven. In deze lezing belicht ik de taalontwikkeling van diverse groepen kinderen, waaronder kinderen met een primaire taalontwikkelingsstoornis (TOS), kinderen met psychiatrische problematiek en meertalige kinderen. Kennis en bewustwording van de taalvaardigheden van deze kinderen is cruciaal voor een optimaal zorgtraject.

11:55 – 12:00 uur

Intermezzo*

12:00 – 12:40 uur

Taalniveau – Floor van Horen
Heel veel mensen in Nederland begrijpen de overheid en het bedrijfsleven niet. Brieven van gemeenten, polisvoorwaarden van de zorgverzekering en bijsluiters bij medicijnen zijn voor de meerderheid van de bevolking vaak onbegrijpelijk. Een tekst of gesprek op taalniveau B1 begrijpt bijna iedereen maar veel teksten worden geschreven op taalniveau C1 wat ervoor zorgt dat ongeveer 60% van onze bevolking die teksten niet goed begrijpen. Eenvoudig Nederlands is meer dan eenvoudig. In deze presentatie laten wij u ervaren hoe het is om een té hoog taalniveau te volgen en hoe u hier alert op kunt zijn in uw werk.

12:40 – 12:45 uur

Intermezzo*

12:45 – 13:45 uur

Lunch

13:45 – 14:25 uur

Cognitieve communicatiestoornissen bij patiënten met hersenletsel – dr. Boudewijn Bus
Cognitieve stoornissen komen veel voor na hersenbeschadigingen en brengen een grote ziektelast met zich mee. Met name cognitieve communicatiestoornissen hebben veel impact op het dagelijks leven. Het begrip cognitieve communicatiestoornis omvat een verzameling van verscheidene vormen van beperkingen op het gebied van communicatie die ontstaan door stoornissen in het cognitief functioneren. Deze stoornissen gaan bovendien vaak gepaard met weinig ziekte-inzicht waardoor er een belangrijke taak rust op de behandelaar om deze stoornissen te herkennen en te benoemen. Daarnaast is het belangrijk om ook in de behandeling al rekening te houden met beperkingen in het vermogen om gesproken en geschreven informatie te ontvangen en te zenden. Door hiervoor protheses aan te reiken, zoals het rechtstreeks betrekken van de belangrijkste communicatiepartners, kan ruis in de communicatie worden voorkomen.

14:25 – 14:30 uur

Intermezzo*

14:30 – 15:15 uur

De kracht en het risico van woorden: taalgebruik in de zorg voor mensen met ernstige psychische aandoeningen – dr. Mariken de Koning en Carola van Alphen
In onze communicatie met patiënten met ernstige psychische aandoeningen (EPA) en hun naasten maken we keuzes in de termen die we gebruiken voor hun klachten/problemen, de diagnose en de behandeling. Het is bekend dat deze keuzes zowel herstelondersteunende als herstelondermijnende effecten kunnen hebben. Complicerend hierbij is dat het met een deel van de patiënten met EPA uitdagend is om tot een gedeelde probleemdefinitie te komen, en dat naasten bovendien nog hun eigen perspectief hebben op wat er aan de hand is. De zoektocht naar een woordkeuze die ‘common ground’ creëert met de patiënt en waarbij ook de naasten zich gehoord voelen, is vaak niet eenvoudig. In contact met beleidsmakers/politici staan we voor een ander dilemma. Als we zorgvuldig herstelondersteunende taal gebruiken in het praten over deze patiëntengroep, blijkt in praktijk soms dat de ernst van de aandoening onvoldoende duidelijk wordt. Maar als we de focus leggen op ernst van symptomen en dysfunctioneren, is onze taal voor patiënten(organisaties) vaak stigmatiserend. Deze discussies zijn niet alleen semantisch maar kunnen grote impact hebben op organisatie en financiering van zorg. In deze lezing worden het belang en de impact van woordkeuze vanuit verschillende perspectieven belicht.

15:15 – 15:45 uur

Theepauze

15:45 – 15:50 uur

Intermezzo*

15:50 – 16:50 uur

Jeukwoorden in de GGz – Japke-d. Bouma
De ergste taalclichés en taalergernissen en zo kun je ze het beste vermijden. Toegevoegde waarde creëren, mensen in hun kracht zetten, uit je comfortzone komen, sturen op kwaliteit, passie, input, feedback, meetings en calls – niet alleen op kantoor, ook in de politiek, en in de rest van de samenleving en zeker ook de GGz zijn taalclichés vaak heel ergerlijk om naar te luisteren. Toch gebruiken we ze bijna allemaal voortdurend. In deze lezing leidt Japke-d. Bouma u rond in de wereld van de platitudes in de GGz – in het jargon en de ergste ‘jeukwoorden’ zoals zij het noemt. Maar ze laat niet alleen zien wat de ergste jeuktaal is en waarom mensen dit soort taal zo vaak gebruiken, maar ook hoe het anders kan.
Ze is er namelijk heilig van overtuigd dat als mensen minder jeuktaal gebruiken, hun taal duidelijker, levendiger en leuker wordt, het werk beter wordt als iedereen meteen begrijpt wat je bedoelt én dat de hele wereld ervan zal opklaren.

16:50 – 17:00 uur

Taal in de dag van morgen – prof. dr. Michiel Hengeveld en dr. Janna de Boer
Tijdens het programma komen uiteenlopende inzichten aan bod maar welke inzichten maken morgen al het verschil? Hoe passen GGz-professionals deze nieuwste kennis toe in het dagelijkse werk? Die vragen staan centraal in deze laatste presentatie waarbij we verder kijken dan theorie: hoe gebruiken we wat we hebben geleerd?

* Ter illustratie zal Michiel Hengeveld op interactieve wijze verrassende, vergeten of nieuwe termen die we gebruiken in de psychopathologie aan u voorleggen.

Accreditatie voor het live programma is toegekend door:

  • FGzPT voor klinisch (neuro) psychologen met 6 punten;
  • NIP voor eerstelijnspsychologen met 6.5 punten;
  • VSR voor verpleegkundig specialisten met 6 punten;
  • NVP voor psychotherapeuten met 6 punten;
  • NVvP voor psychiaters met 6 punten.
carola

Carola van Alphen
is voorzitter van Anoiksis, de vereniging voor- en door mensen met een psychosegevoeligheid. Taal heeft haar bijzondere aandacht omdat taal rechtstreeks beïnvloedt hoe wij onszelf en onze medemens zien en onze ervaringen betekenis geven. Het is daarmee een belangrijk vehikel om (zelf-) stigma te verminderen en herstel te bevorderen. 

janna

Dr. Janna de Boer (dagvoorzitter)
is kinder- en jeugdpsychiater en taalwetenschapper. Ze werkt bij het Centrum Jonge Kind van Karakter, academisch centrum voor kinder- en jeugdpsychiatrie en is ze als postdoctoraal onderzoeker verbonden aan het UMC Groningen. Haar onderzoek is met name gericht op taalanalyses in de psychiatrie, maar ook op genderspecifieke zorg en onderzoek naar hallucinaties. Ze is tevens redactielid van het Tijdschrift voor Psychiatrie en van De Jonge Psychiater.

boerma

Dr. Tessel Boerma
is universitair docent aan de Universiteit Utrecht. Binnen het Institute for Language Sciences van de faculteit Geesteswetenschappen en het Universitair Medisch Centrum Utrecht doet zij onderzoek naar taalontwikkeling in uitdagende situaties, bijvoorbeeld door omgevingsfactoren of aangeboren condities. Met een integratieve benadering van taal(ontwikkeling), cognitieve mechanismen en psychopathologie legt zij verbanden tussen fundamentele vragen en praktische relevantie.

japke

Japke-d. Bouma
studeerde economie in Groningen en is tegenwoordig columniste, taalgek en ‘kantooramazone’. Ze schrijft wekelijks een column in NRC over werk, Het Leven, carrière en (kantoor)taal en verkocht ruim 200 duizend boeken met titels als ‘Ga lekker zélf in je kracht staan’ en ’Ik kan nu niet bellen, want ik zit in een call’.

buss

Dr. Boudewijn Bus
is neuropsychiater en senior-onderzoeker bij de het TOP GGZ erkende expertisecentrum Hersenletsel en Neuropsychiatrie Huize Padua van GGZ Oost-Brabant. Zijn klinische expertise betreft de psychiatrische behandeling van patiënten met hersenletsel en gedragsproblemen. Zijn onderzoek richt zich onder andere op stoornissen in de sociale cognitie en cognitieve communicatie bij patiënten met hersenletsel. Daarnaast is hij A-opleider bij GGZ Oost-Brabant.

michiel

Prof. dr. Michiel Hengeveld (dagvoorzitter)
is zelfstandig gevestigd psychiater. Tot 2010 was hij hoogleraar-afdelingshoofd psychiatrie van het Erasmus MC te Rotterdam. Daarvoor was hij verbonden aan het Leids UMC en aan het UMC Utrecht. Hij is (mede)auteur of (mede)redacteur van vele wetenschappelijke artikelen, hoofdstukken en leerboeken, waaronder ‘Psychiatertaal’ (2005), de ‘Richtlijn psychiatrische diagnostiek’ (2015), het ‘Leerboek psychiatrie’ (2005, 2009, 2016) en het ‘Handboek psychiatrisch onderzoek’ (2019, 2023). Bovendien was hij verantwoordelijk voor de Nederlandse vertaling van de DSM-5 (2014) en de DSM-5-TR (2022).

floor

Floor van Horen
is afgestuurd als psycholinguïst, een vakgebied dat onderzoekt hoe taal werkt in de hersenen. Zij is mede-eigenaar van BureauTaal, dat gespecialiseerd is in begrijpelijke taal. Haar aandachtsgebied is hoe mensen de taal begrijpen die ze horen of lezen.

mariken

Dr. Mariken de Koning
is psychiater, senior-onderzoeker en plaatsvervangend Opleider Psychiatrie bij Arkin in Amsterdam en studeerde tevens Algemene Taalwetenschap. Zij werkt met patiënten met ernstige psychische aandoeningen. In haar onderzoek werkt ze intensief samen met (familie-)ervaringsdeskundigen, met als focus de thema’s triadisch werken, wonen, therapieresistente symptomen, en persoonlijk herstel. Het belang en de consequenties van keuzes in terminologie en taalgebruik, in zorg, onderzoek en beleid, hebben haar specifieke interesse.

frank

Prof. dr. Frank Wijnen
is hoogleraar psycholinguïstiek aan de Universiteit Utrecht. Zijn onderzoek bestrijkt een breed gebied, maar het zwaartepunt is de taalontwikkeling van kinderen en de neurocognitieve basis daarvan. Ook taalontwikkelingsstoornissen hebben zijn aandacht. Zijn werk op dit gebied beoogt fundamentele kennisvermeerdering over atypische ontwikkeling te verbinden met praktische toepassingen op het gebied van diagnostiek en interventie.

Opgenomen

  • Opgenomen zonder accreditatie

€ 250,-

De presentaties worden tijdens het symposium opgenomen en u kunt zich nu alvast inschrijven om deze video te ontvangen. U ontvangt dan binnen twee werkdagen na afloop van de bijeenkomst de kijklink. Via deze link kunt u de video direct bekijken waarbij u deze kunt pauzeren en terugspoelen. Let wel: er is voor deze video geen accreditatie aangevraagd.

Wiegerinck Continue Educatie is geregistreerd bij het Centraal Register Kort Beroepsonderwijs (CRKBO). Hierdoor voldoen we aan de kwaliteitscode van onderwijsinstellingen en kunnen we onze nascholingen btw-vrij aanbieden.

Inschrijving
U kunt zich inschrijven via de website en ontvangt binnen 2 werkdagen een bevestiging.

Datum
Vrijdag 9 mei 2025

Locatie
Antropia, Driebergen en Online

Betaling
U kunt kiezen voor een betaling per iDeal of een bankoverschrijving. Bij betaling per bank geldt een administratiebijdrage van € 15,- en een betaaltermijn van maximaal 21 dagen. Indien de betaaltermijn wordt overschreden wordt er een toeslag van € 45, – in rekening gebracht.

Annulering
Indien u binnen de wettelijke bedenktijd van 14 dagen afziet van uw deelname, kunt u dit per e-mail aan ons doorgeven. Na ontvangst van uw e-mail restitueren wij het betaalde bedrag, minus €15 administratiekosten. Na de wettelijke bedenktijd of als de nascholing reeds is aangevangen, bent u het volledige bedrag verschuldigd en kan er geen restitutie plaatsvinden. Eventueel kan een collega uw plaats innemen.

Onze Taal

250,00